Vorig zomer dat kanovaren toch wel heel erg leuk is. Maar erin en eruit was nogal een angstig gebeuren. Daarom deed ik afgelopen maanden deed ik een cursus kanovaren voor beginners. Dat leverde me veel nieuwe inzichten op. Eén ervan is dat mijn leven soms lijkt op kanovaren met een kanopolo in een druk kanaal.
Eén van de hoogtepunten van de cursus was een clinic kanopolo. Dat is een sport waarbij je vanuit een kleine, wendbare kano een bal in een doel moet zien te krijgen. En dat gaat er ruig aan toe. Denk: rugby, compleet met helm, masker en beschermend zwemvest. Eerst oefenen met de basis: vooruit en achteruit varen, bochtje, bal vangen en gooien. Daarna een partijtje. Gaaf!
Ook maakten we een mooie tocht vanaf onze vereniging. We gebruikten vooral zeekajaks. Grote, relatief stabiele boten waar zelfs een hele kampeeruitrusting in mee kan. Onze route was heel afwisselend: kanalen, slootjes, groter water. Het was flink druk want het was erg mooi weer en er was een evenement op de Kaag. Op de terugweg moesten we een stukje over de Zijl, een kanaal bij Leiden. Het was er vol met alle andere mogelijke waterrecreanten. Het kanaal heeft stalen damwanden die de golven terugkaatsen. Je krijgt het effect van een golfslagbad en wiebelt werkelijk alle kanten uit. De enige oplossing is stevig doorpeddelen, op het juiste moment oversteken en hopen op de medewerking van de andere mensen. Die houden zich niet altijd aan de vaarregels… Gelukkig waren er instructeurs in de buurt om te coachen.
Naderhand was ik echt uitgeput. Het varen in de rustige slootjes was heerlijk. De kleinere kanalen gingen ook prima. De drukte op het grote meer was heftig maar ook wel een feest. Picknicken op het zwemstrandje was gezellig. Maar dat stuk kanaal… Ik had echt tijd nodig om er van bij te komen.
Stel je voor dat je met die polokano op dat drukke kanaal zou varen…
Dit is een heel mooie metafoor voor mijn dagelijks leven. Bij mijn aandoening zijn mensen vaak minder stabiel. Zowel mentaal als lichamelijk is het lastiger om in balans te blijven. De kunst is om daar goed mee om te leren gaan en dat is een kwestie van veel oefenen. Zwemvest aan, angst overwinnen en ervaring opdoen. Op een rustige sloot gaat het dan prima. In het poloveld bij het clubhuis kan ook grote lol zijn. Maar in zo’n kanaal is het keihard werken en raak ik snel uitgeput. Dan kan ik wel wat hulp gebruiken en moet ik na afloop flink uitrusten. Langer dan andere mensen die dezelfde tocht maken in een stabielere boot. Het leven geeft je niet altijd de keus om in rustig vaarwater te blijven. Het is soms echt topsport en dat zie je er van buiten niet altijd aan af.
Voorbeeld: met mijn fiets dwars door Leiden om boodschappen te gaan doen. Er komt zóveel op me af, ik kan er erg moe van worden. Fietsers, auto’s, mensen die met hun mobieltjes bezig zijn… Maar de glutenvrije broodbakmix van het Jumbo huismerk is echt onmisbaar hier thuis, dus ga ik die af en toe halen. Het is ergens ook wel leuk, de stad, maar het kost veel energie.
Bij instanties zoals het UWV gaat enorm veel mis. Het gaat om belangrijke zaken: mijn inkomen, de huur kunnen betalen. Dat vraagt om snel ingrijpen, goed communiceren. Dat kost tijd. En het bijkomen van alle spanning kost dan ook nog weer eens tijd.
Wat helpt is als mensen een beetje begrip hebben voor je wankele boot. Die je coachen zonder het van je over te nemen. En die naderhand met je samen nagenieten van wat je bereikt hebt. Daarom ben ik zo enorm blij met de mensen bij mijn kanovereniging en de mensen in mijn leven die me helpen om mijn evenwicht te houden, ook als ik een poosje in ruig vaarwater zit.
Meer weten over de cursus die ik deed? Mijn verslag is te vinden op de website van KanoRijnland